Speaker: 00:00:00

Laten we gaan!

Speaker: 00:00:02

Waar is het dichtstbijzijnde strand?

Speaker: 00:00:05

Dov'è la spiaggia più vicina?

Speaker: 00:00:11

Kunnen we er vanaf hier naartoe lopen?

Speaker: 00:00:14

Possiamo andare a piedi da qui?

Speaker: 00:00:20

Is het een zandstrand of een rotsstrand?

Speaker: 00:00:23

È una spiaggia sabbiosa o una spiaggia rocciosa?

Speaker: 00:00:31

Moeten we slippers of sneakers dragen?

Speaker: 00:00:34

Dovremmo indossare infradito o scarpe da ginnastica?

Speaker: 00:00:44

Is het water warm genoeg om in te zwemmen?

Speaker: 00:00:47

L'acqua è abbastanza calda per nuotare?

Speaker: 00:00:55

Kunnen we daar een bus of een taxi nemen?

Speaker: 00:00:58

Possiamo prendere un autobus lì o un taxi?

Speaker: 00:01:06

We zijn een beetje verdwaald! We proberen het openbare strand te vinden.

Speaker: 00:01:11

Siamo un po' persi! Stiamo cercando di trovare la spiaggia pubblica.

Speaker: 00:01:22

Beveelt u dit strand aan, of is er een beter strand in de buurt?

Speaker: 00:01:27

Consigliate questa spiaggia o ce n'è una migliore nelle vicinanze?

Speaker: 00:01:38

Er is een bedrijf dat boottochten aanbiedt.

Speaker: 00:01:42

C'è un'azienda che offre gite in barca.

Speaker: 00:01:49

Bieden ze de mogelijkheid om te gaan duiken of snorkelen?

Speaker: 00:01:53

Offrono la possibilità di fare immersioni subacquee o snorkeling?

Speaker: 00:02:04

Wij zijn gecertificeerd voor duiken.

Speaker: 00:02:08

Siamo certificati per le immersioni subacquee.

Speaker: 00:02:17

Gaan mensen surfen op dit strand?

Speaker: 00:02:20

La gente va a fare surf su questa spiaggia?

Speaker: 00:02:28

Waar kunnen we surfplanken en wetsuits huren?

Speaker: 00:02:31

Dove possiamo noleggiare tavole da surf e mute?

Speaker: 00:02:40

Zijn er haaien of stekende vissen in het water?

Speaker: 00:02:44

Ci sono squali o pesci che pungono nell'acqua?

Speaker: 00:02:52

Wij willen gewoon in de zon liggen!

Speaker: 00:02:55

Vogliamo solo sdraiarci al sole!

Speaker: 00:03:03

Oh nee, ik heb zand in mijn badpak!

Speaker: 00:03:06

Oh no, ho della sabbia nel costume da bagno!

Speaker: 00:03:14

Verkoopt u koude dranken?

Speaker: 00:03:17

Vendi bevande fredde?

Speaker: 00:03:21

Kunnen we een paraplu huren? Wij verbranden door de zon!

Speaker: 00:03:25

Possiamo noleggiare un ombrellone? Ci stiamo scottando!

Speaker: 00:03:35

Vind je het erg als we wat van je zonnebrandcrème gebruiken?

Speaker: 00:03:39

Ti dispiace se usiamo un po' della tua crema solare?

Speaker: 00:03:48

Ik hou van dit strand! Heerlijk om af en toe even te ontspannen!

Speaker: 00:03:53

Adoro questa spiaggia! È così bello rilassarsi ogni tanto!