Luister naar elk woord en herhaal het hardop.
Speaker:De dagen van de week
Speaker:Les jours de la semaine
Speaker:Maandag
Speaker:Lundi
Speaker:Dinsdag
Speaker:Mardi
Speaker:Woensdag
Speaker:Mercredi
Speaker:Donderdag
Speaker:Jeudi
Speaker:Vrijdag
Speaker:Vendredi
Speaker:Zaterdag
Speaker:Samedi
Speaker:Zondag
Speaker:Dimanche
Speaker:De maanden van het jaar
Speaker:Les mois de l'année
Speaker:Januari februari maart
Speaker:Janvier février mars
Speaker:April mei juni
Speaker:Avril Mai Juin
Speaker:Juli, augustus, september
Speaker:juillet, août, septembre
Speaker:Oktober november december
Speaker:Octobre novembre décembre
Speaker:De seizoenen van het jaar
Speaker:Les saisons de l'année
Speaker:Lente, zomer, herfst en winter
Speaker:Printemps, été, automne et hiver
Speaker:Geweldig! Vergeet niet om deze aflevering meerdere keren te beluisteren om de retentie te verbeteren! Gelukkige seizoenen.