Speaker:

Ei.

Speaker:

Hoi.

Speaker:

Eu gostaria de te dizer uma coisa.

Speaker:

Ik wil je graag iets vertellen.

Speaker:

Você é uma pessoa bonita.

Speaker:

Je bent een mooi persoon.

Speaker:

Você é muito gentil.

Speaker:

Je bent erg aardig.

Speaker:

Você é tão legal.

Speaker:

Je bent zo cool.

Speaker:

Eu amo passar tempo com você.

Speaker:

Ik breng graag tijd met je door.

Speaker:

Você é um bom amigo.

Speaker:

Je bent een goede vriend.

Speaker:

Eu gostaria que mais pessoas no mundo fossem como você.

Speaker:

Ik wou dat meer mensen op de wereld waren zoals jij.

Speaker:

Eu realmente gosto de ouvir suas ideias.

Speaker:

Ik vind het erg leuk om jouw ideeën te horen.

Speaker:

Foi um elogio muito bom.

Speaker:

Dat was een heel mooi compliment.

Speaker:

Você é tão bom no que faz!

Speaker:

Je bent zo goed in wat je doet!

Speaker:

Eu poderia falar com você por horas.

Speaker:

Ik zou uren met je kunnen praten.

Speaker:

Você é tão bom em ser você!

Speaker:

Je bent zo goed in jezelf zijn!

Speaker:

Você é tão engraçado!

Speaker:

Jij bent zo grappig!

Speaker:

Você é maravilhoso com as pessoas.

Speaker:

Je bent geweldig met mensen.

Speaker:

É fácil confiar em você.

Speaker:

Het is gemakkelijk om je te vertrouwen.

Speaker:

Você parece muito honesto e direto.

Speaker:

Je komt heel eerlijk en duidelijk over.

Speaker:

Você vai ser popular dando tantos elogios.

Speaker:

Je zult populair zijn door zoveel complimenten te geven.

Speaker:

Ótimo! Se você adora este podcast, avalie-o em seu aplicativo de podcast. Feliz elogio!