Speaker:

Laten we gaan!

Speaker:

Het spijt me echt wat er is gebeurd.

Speaker:

Je mi opravdu líto, co se stalo.

Speaker:

Ik neem de verantwoordelijkheid voor mijn kant van het probleem.

Speaker:

Beru zodpovědnost za svou stranu problému.

Speaker:

Ik wil dit samen met u oplossen.

Speaker:

Chci to s vámi vyřešit.

Speaker:

Ik wilde alleen maar kijken of we hierover op één lijn kunnen komen.

Speaker:

Jen jsem chtěl zjistit, jestli se v tomhle můžeme dostat na stejnou stránku.

Speaker:

Laten we even de tijd nemen om samen tot rust te komen.

Speaker:

Pojďme se společně na chvíli uklidnit.

Speaker:

Laten we aan tafel gaan zitten en praten.

Speaker:

Sedneme si ke stolu a povídáme si.

Speaker:

Kunt u mij helpen begrijpen wat het probleem is, zoals u het ziet?

Speaker:

Můžete mi pomoci pochopit, v čem je problém, jak to vidíte vy?

Speaker:

Laat mij herhalen wat ik u hoorde zeggen.

Speaker:

Dovolte mi zopakovat vám, co jsem vás slyšel říkat.

Speaker:

Ik wil er zeker van zijn dat ik je begrijp.

Speaker:

Jen se chci ujistit, že ti rozumím.

Speaker:

Ik denk dat ik begrijp waar je vandaan komt.

Speaker:

Myslím, že chápu, odkud přicházíš.

Speaker:

Laten we beginnen met waar we het over eens zijn.

Speaker:

Začněme tím, na čem se shodneme.

Speaker:

Ik wilde alleen een aantal dingen verduidelijken die ik niet begreep.

Speaker:

Jen jsem chtěl upřesnit některé věci, kterým jsem nerozuměl.

Speaker:

Ik denk dat we hier allebei hetzelfde over denken.

Speaker:

Myslím, že to oba cítíme stejně.

Speaker:

Misschien is er een manier om dit op te lossen, zodat we allebei kunnen krijgen wat we willen.

Speaker:

Možná existuje způsob, jak to vyřešit, abychom oba dostali, co chceme.

Speaker:

Ik ben het hierover met je eens, maar niet daarover.

Speaker:

V tom s tebou souhlasím, ale v tomhle ne.

Speaker:

Bedankt dat u mij helpt uw ​​standpunt te begrijpen.

Speaker:

Děkuji, že mi pomáháte pochopit váš úhel pohledu.

Speaker:

Het spijt me dat je je zo voelt.

Speaker:

Je mi líto, že to tak cítíš.

Speaker:

Heeft u een suggestie wat we in de toekomst anders kunnen doen?

Speaker:

Máte nějaký návrh, co bychom mohli do budoucna udělat jinak?

Speaker:

Ik waardeer je vriendschap enorm, en ik wil niet dat dit tussen ons komt.

Speaker:

Opravdu si vážím vašeho přátelství a nechci, aby se tohle dostalo mezi nás.